Het is makkelijk om enthousiaste verhalen over Holacracy te vinden. Steeds meer ondernemers en ook start-ups en scale-ups zijn lyrisch over dit nog vrij nieuwe besturingsmodel. Wat minder vaak belicht wordt, is het gedoe van zo’n verandertraject. Hoe beknellend en ongemakkelijk Holacracy kan voelen, zonder enig zicht op gegarandeerde resultaten. Dus sta je op het punt aan Holacracy te beginnen? Lees deze blog en slaap er nog een nachtje over.
1. Holacracy vraagt veel investering. Op het eerste gezicht lijkt het nog wel te doen: het werk definiëren in rollen, teams als cirkels organiseren en problemen ‘spanningen’ noemen. Maar om de echte powershift te bereiken waar al die coaches het over hebben, is verregaande commitment nodig van het (binnenkort voormalig) management. Het duurt meestal een tijdje voordat alle betrokkenen geloven dat ze echt zelf ‘de baas’ zijn in hun rol en dat de oude hiërarchische machtsverhoudingen niet meer tellen. Het vraagt bereidheid van managers om gecoached te worden, zich onhandig/onthand te voelen en frustratie te tolereren. Dat is nogal een investering. Welke ondernemer doet dat, zonder zicht op return on investment?
2. Holacracy garandeert geen resultaten. Vraag een gecertificeerde coach naar de relatie tussen Holacracy en de winst- of omzetverhoging van bedrijven en hij zegt zoiets vaags als: “Het garandeert geen resultaten, maar verhoogt aanzienlijk de kans dat jij invloed hebt op het resultaat”. Ook als je ernaar gaat zoeken, vindt je geen wetenschappelijk onderzoek naar de effecten van Holacracy. Is ’t soms een beweging van idealisten voor wie resultaten niet tellen?
3. Holacracy zorgt voor gedoe. Als je gedoe hebt en dat nu wilt oplossen, skip Holacracy. Het maakt namelijk heel zichtbaar wie wel/niet presteert, projecten niet af heeft, zijn afspraken niet nakomt, etc. Kan pijnlijk zijn en levert gegarandeerd gedoe op.
4. Holacracy zorgt niet voor de mensen. Holacracy legt de verantwoordelijkheid voor het eigen welzijn en het eigen werk geheel bij de mensen. Er wordt niet voor je gezorgd, sterker nog als je probeert voor het werk van anderen te ‘zorgen’, dan krijg je te horen dat dat niet bevorderlijk is voor de organisatie. Regelmatig overwegen mensen hun baan op te zeggen. Het meest beroemde voorbeeld: het Amerikaanse bedrijf Zappos vroeg na 2 jaar Holacracy-ervaring aan alle medewerkers om een keuze te maken: écht met Holacracy werken of vertrekken – met een vertrekregeling. Maar liefst 18% van de medewerkers koos ervoor om te vertrekken.
5. Het is een Amerikaans model en dat niet past gewoon bij de Nederlandse cultuur. Wij stemmen af, zoeken consensus, overleggen veel zodat iedereen zich gehoord voelt, zijn niet voor niets uitvinders van het poldermodel. Holacracy legt allemaal regels op, waar iedereen zich aan moet houden. Collega’s zien je aankomen: “We gaan met zelf-organisatie beginnen jongens, dus pak je vrijheid! Oh ja, vanaf nu geldt er wel een nieuwe grondwet, de Holacracy Constitutie, van meer dan 40 pagina’s.”
De regels voor het werkoverleg zijn erg aantrekkelijk, maar je móet ook roloverleggen doen en het nut daarvan is in het begin nog niet zo duidelijk. Niet langer alle meningen tellen even zwaar, enkel als ze een soort ‘ok-stempel’ krijgen en als geldig bezwaar worden gezien. En wil je even klagen, dan moet je zelf ook met een alternatief voorstel komen. Dat is toch niet lekker werken?
Bovenstaande is geheel gebaseerd op waarheid en 10 jaar ervaring. Schrikt dit jou toch niet af en ben je nog steeds geïnteresseerd in Holacracy?